dinsdag 12 juli 2011

Week 1: Regen, Zon, Kraanvogels en een Eland

Om 18.30 u. vertrokken wij op zaterdag 2 juli richting Noordkaap, uitgezwaaid door de achterblijvers die ons met gemengde gevoelens nakeken. Wat een lange reis, 8 weken!!

Zonder enig oponthoud vonden wij om 23 u. inde omgeving van Bockel een heel mooi plekje aan de rand van een maisveld.
De grond was hard dus geen probleem voor de zware camper.
Beiden werden we wakker van een enorm onweer dat vergezeld ging van hagel en zware regenbuien. Zo erg dat Tjep om 6 uur ’s morgens riep dat hij direct weg wilde, bang dat de berm veel te nat dus zacht zou worden!

We zijn naar de dichtstbijzijnde parkeerplaats gereden en hebben daar ontbeten.
Gelukkig klaarde het weer enorm op en konden we flink opschieten, geen oponthoud bij de veerboten van Putgarden naar Rödbyhavn en van Helsingör naar Helsingborg. In Denemarken zijn we een klein stukje omgereden vanwege een kilometers lange file. Liever dat dan uren in de zon staan bakken!!

Ook in Zweden schoot het lekker op en konden we door het mooie weer ongestoord genieten van de prachtige natuur: de bossen, de velden en de heuvels. We passeerden lieflijke dorpjes met de bekende rode Zweedse huisjes met witte aftimmering. Hier en daar zagen we grote gele huizen, de zogenaamde Herrgårds (Herenboerderijen).

Om half 7 ’s avonds hebben we bij het plaatsje Gagnaryd, net boven Jönköping, een prachtig plekje in het bos gevonden. Vroeger was daar een boerderij genaamd Nytorp. Alleen een ijzeren bordje en een vervallen houten schuur herinnerde aan de vroegere bedrijvigheid.

Op maandag zijn we direct doorgereden naar Kristinehamn om Jannie te bezoeken. Toen ik haar ’s morgens belde was ze nauwelijks aanspreekbaar, dit deed ons veel verdriet.

Vorig jaar zijn we rechts van het Vännern (meer) omhoog gegaan en deze keer links via Skövde, Mariestad en Guldborg.
De hele weg was het weer genieten van de eindeloze bossen, velden (vaak in bloei met lupines, kamille, margrieten, koolzaad, klaver en linnen).
Het was wel even schrikken toen we ineens een hele grote kraanvogel vlak voor onze camper de weg zagen oversteken. Met flapperende vleugels en dansende poten, een dot rode veren op zijn hoofd, wist hij zich het vege lijf te redden!! Er zat beslist niet meer dan 3 meter tussen hem en onze camper!
Eénmaal in Kristinehamn zijn we eerst naar het Picasso beeld gereden. Op Tjep maakte dit al evenveel (dus niet) indruk als de allereerste keer op mij in 1983. Wel leuk was het om langs de jachthaven te rijden. Helaas konden wij daar geen plekje voor de nacht vinden. Op dat moment belde Jan dat ze zich beter voelde, we beloofden haar dat wij er met 10 minuten zouden zijn.

Op weg naar Jan zagen wij aan een andere haven een plekje voor Campers, goed onthouden!
Jan voelde zich inderdaad beter en was blij met de kaas en andere lekkernijen uit Nederland. Maar na een half uurtje was haar energie weer op en namen we afscheid met dikke knuffels en de belofte de volgende dag alleen maar dag te komen zeggen.

Het Camperplekje bleek helaas (of gelukkig….. zo veel ander campers!) vol te zijn maar net achter het terrein met toch het zicht op de prachtige haven, was een gratis plekje. Zonder al te veel lawaai in de vroege ochtend. We hebben geslapen als marmotten!!

Op dinsdagmorgen hebben we afscheid van Jan genomen, geschrokken hoe slecht haar gezondheid is. We hebben ons voorgenomen om, als haar gezondheid het toelaat, op de terugweg langs te gaan.

Van Kristinehamn zijn we naar Mariefred (een lief plaatsje onder Stockholm en beroemd om zijn Gripsholm Slot) gereden waar we de volgende dag een bezoek gingen brengen aan Ann-Marie, een vriendschap die al uit 1986 stamt.
Vorig jaar vonden we een heerlijke plek net buiten Mariefred op een Koninklijk Landgoed. We vonden het gemakkelijk terug en gelukkig stond er niemand op “ons stekje”.
Toen wij er vorig jaar parkeerden, werden we in een paar minuten tijd omringd door honderden jonge fazanten die dachten dat we eten kwamen brengen. Dit jaar geen fazanten maar een hele lieve grijze kat die het heerlijk vond om geknuffeld te worden en het prachtig vond even in onze camper te vertoeven.
Ons plekje had een prachtig uitzicht over een schitterend meer. En het was ’s nachts wonderbaarlijk stil.
De vroege vogeltjes maakten ons wakker met hun prachtige gezang.
Ook Tjep maakte mij vroeg wakker, hij wilde de eerste zijn die mij feliciteerde…. ik was die dag nl jarig!

Na het gezellige bezoek aan Ann-Marie (het was zo fijn om haar weer te zien) vertrokken we dan eindelijk naar het hoge Noorden. We reden langs grote velden waar het linnen in bloei stond. Zo blauw als water.
Alweer boften we met het weer, blauwe luchten, veel zon en heel erg warm! Dat laatste was tijdens het rijden met de motorairco goed vol te houden maar stilstaand was het soms té warm. Niet klagen!! Vorig jaar regende het pijpenstelen en nu was het zo mooi.

Via Enköping en Uppsala zijn we naar Österhammar aan de westkust gereden. Bij het gehuchtje Sund, in de bossen weer een heel mooi en rustig plekje gevonden. De omgeving daar is prachtig met kleine binnenmeren en lieve dorpjes.
Helaas ontvingen wij ook deze dag het droeve bericht van het overlijden van onze buurman Herman. Onze gedachten zijn erg veel bij Marianne, zijn vrouw, geweest.

Na een heerlijke rustige nacht zijn we langs de kust (waar je vanaf de E45  niet zo heel veel van ziet) doorgereden naar Hornösand.
Omdat het daar behoorlijk druk was zijn we de binnenlanden ingegaan en vonden net boven Rö een picknickplekje waar je, volgens een bewoner van één van de huisjes in de buurt, met een gerust hart je camper neer kon zetten om te genieten van het schitterende uitzicht over het meer.
Dit plekje lag hoog op een rots en vanaf het picknickbankje
waar we hebben genoten van de rust, keken we naar de bootjes die door het helder blauw-groene water gleden. Zo nu en dan hoorde je een stem, verder was er het gefluit van de vogeltjes, de zon en een enkele mug.
Later op de avond arriveerde een Duitse camper met een alleraardigst stel dat ons uitnodigde voor een glaasje wijn. We hebben tot een uur of 10 zitten kletsen en lachen en zijn daarna gaan slapen.

De volgende morgen lang prachtige binnenwegen met lieflijke gehuchtjes terug naar de E45. Daar was het aanmerkelijk minder druk dan de dagen ervoor. De zon was heet en bereikte buiten met gemak temperaturen van 25 – 28 o C. Het asfalt zinderde in de zon, de bloemen en planten geurden en de bomen waren grijsgroen, verlangend naar een beetje regen. In veel tuinen zag je zitjes met parasols maar opvallend weinig mensen. Wellicht iets té warm.

Weer voor de avond de binnenwegen opgezocht maar we kwamen te veel zomerhuisjes (stugor) tegen om een rustig plekje te kunnen vinden.
Totdat we in het kleine oude havenplaatsje, zeg maar gerust dorpje, Ratan kwamen waar een Camper Quick-stop was met plaats voor 4 campers.
Alles was simpel maar goed verzorgd met uitzicht op het haventje waar een ontspannen rust heerste.
De geschiedenis van het haventje gaat terug naar 1400 en was destijds een haven van naam. In 1767 werd het officieel benoemd tot overslaghaven. Het heeft een oud baken en de restanten van een vuurtoren, alles gebouwd op een rots tegenover onze camperplek.
Het was zo heerlijk om bij het water te zitten en te genieten van al het moois wat dit deel van Zweden te bieden heeft.

De volgende ochtend werden we door de warmte vroeg wakker.
Na het ontbijt hebben we nog even bij de haven gezeten waar een verkoelend briesje was. Daarna vers water ingeslagen zodat we weer een dag of 4-5 vooruit kunnen.

De bedoeling was om deze dag tot Luleå te reizen, één van Zweden’s grootste en meest noordelijk Universiteitssteden.
Maar het was rustig op de weg naar het noorden. Wel kwamen ons erg veel campers tegemoet, zouden die allemaal van de Noordkaap afkomen?

We zeiden tegen elkaar dat we nog steeds geen Elanden hadden gezien.
En wat schetst onze verbazing? Nog geen 15 minuten later stond er links van ons in een gekapt deel van het bos een enorme wijfjes Eland heel rustig te herkauwen. Vlak bij haar lag een jong rustig te slapen.
Helaas konden we daar niet stoppen maar Tjep had in ieder geval zijn eerste Eland gezien en was diep onder de indruk van de afmetingen van het dier.
We reden Luleå voorbij en bereikten al gauw Haparanda, dicht aan de Finse grens.
We hebben hier getankt en boodschappen gedaan zodat we bepakt en bezakt Finland binnen konden rijden.
Heel langzaam veranderde de natuur. Van het toch wel ruige Zweedse landschap werd het langzamerhand vlakker, ook waren de bomen minder hoog.
Overal werden we gewaarschuwd voor loslopende Rendieren, Elanden en zelfs snowscooters!

Na Haparanda hebben we de E45 verlaten en vervolgden onze weg via de E75. Ongeveer 60 km. onder het Finse plaatsje Rovaninie en dus zo’n 100 km. onder de Noordpoolgrens, vonden we aan de rand van het bos en bouwland, een prachtig plekje.
Er was ook een meertje in de buurt waar Tjep ’s avonds vol goede moed naar toe wandelde. Even was hij vergeten dat Finland niet alleen om zijn meren bekend staat maar ook om zijn vele muggen!!
Nu heb ik daar weinig last van maar Tjep wel en toen al deze muggen hem eenmaal geroken hadden moest Tjep een sprintje trekken om veilig bij de camper terug te keren. Tjonge wat een muggen!!! Groot en klein had dorst!

In de verte rommelde het wat, we hoopten op regen want de temperatuur was inmiddels opgelopen tot 30 o C!
Helaas bleef het bij rommelen en viel er geen druppel regen………


1 opmerking:

  1. Lieve oom Tjep en Ike, jullie reis klinkt heerlijk!! En ik had oom Tjep graag willen zien rennen voor zijn leven voor al die muggen! ;) Geniet! Liefs, Constance

    BeantwoordenVerwijderen